Hoorcollege 1 - Inleiding ethiek
Welke ethische stromingen zijn er? (3)
- consequentialisme - deontologie - deugdethiek
Wat houdt deontologie in?
- je kijkt naar de handeling zelf, waarna daar een morele verplichting uitrolt. Bijvoorbeeld: moord, dus het mag niet. - absolute gedragsregels, vastgesteld in normen
Wat houdt consequentialisme in?
- morele juistheid wordt bepaald door gevolgen - twijfel tussen twee handelingen: kijk naar de gevolgen. Als er meer goede gevolgen uit de één rollen, kies dan voor die
Welke eigenschappen hebben ethische uitspraken? (3)
- normatief: gaat over morele juistheid - prescriptief: bevat een voorschrift, hier móét je naar handelen - universaliseerbaar: van toepassing in alle vergelijkbare gevallen
Wat zijn normen en waarden?
- normen: handelingsvoorschriften die aangeven wat we in bepaalde situaties moeten doen - waarden: nastrevenswaardige ervaringen, situaties, eigenschappen, etc.
Welke overeenstemming (mid-levelprincipes) zijn er tussen de verschillende ethische theorieën? (4)
- respect voor autonomie van de patiënt - weldoen - niet schaden (primum non nocere) - rechtvaardigheid
Welke houding moet je aannemen bij ethisch redeneren? (3)
De drie a's: - anti-dogmatisch (vatbaar voor discussie) - argumentatief - al-partijdig
Wat is het doel van ethisch redeneren?
Formuleren van goede redenen voor handelen
Wat is het resultaat van ethisch redeneren?
Provisional fixed points: - provisional: altijd te veranderen o.g.v. betere argumenten - fixed: ze zijn onderbouwd door argumenten dus niet zomaar verwerpelijk
Definitie ethiek
Systematische reflectie op verantwoord handelen - reflectie: het gaan om denken, argumenteren. Dit vraagt om enige afstand