Ethiek
morele normen
beschrijven hoe we met elkaar omgaan
schuld
in strijd handelen met je geweten
plichtethiek
(deontologie), beoordeelt de handeling zelf, de intentie, ongeacht de feitelijke gevolgen. Streeft naar handelen op basis van redelijke morele regels. Morele regels zijn onafhankelijk van de doelen.
utilisme
(is een teleologische normatieve theorie), beschrijven hoe mensen moreel zouden moeten handelen, met een afweging op basis van de gevolgen van hun handeling.
gevolgenethiek
(teleologishe)beoordeelt het gevolg van een handeling, streeft naar het bereiken van gewaardeerde doelen. Men kijkt naar het doel of de handeling
Hoofddeugden volgens Griekse oudheid
-wijsheid en redelijkheid -moed of kracht -matigheid -rechtvaardigheid christelijke filosofen voegde deze later toe: -geloof -hoop -liefde
beroepscodes
Beroepcodes gevven voor hun beroepsgroep een leidraad voor het professioneel handelen, zo wordt de kwaliteit van het beroep bewaakt. Beroepscode is een vorm van prescriptieve ethiek
verzorgingsstaat
De overheid neemt verantwoordelijkheid voor het welzijn van de burgers, dmv uitkeringen en voorzieningen, aan mensen die dat nodig hebben
Drie perspectieven van van der Laan, o.b.v. theorie Habermass
Een driewereldenschema: Objectief(gericht op feiten), Sociaal (gericht op normen), Subjectief (gericht op ervaring,beleving)
ethisch dilemma
Een probleem waarbij je uit alternatieven moet kiezen, ze hebben beide te maken met verschillende waarden en normen.
Meta-ethiek
Ethiek die fundamentele morele vraagstukken bestudeert, reflecteert op betekenis, herkomst, en geldigheid van visies op goed en kwaad (cultuurgebonden of niet?)
ethiek
Griekse: ethos, betekent zede of gewoonte, moraal. systematische reflectie op morele vragen
Vijf moralen van Verplaetse
Hechtingsmoraal, geweldmoraal, reinigingsmoraal, samenwerkingsmoraal, beginselemoraal
Vrijheidsbegrippen van Berlin
Negatieve vrijheid en positieve vrijheid
Autonomie
Recht om zelf te bepalen wat je wilt, te zeggen wat er met je gebeurt.
Beroepsethiek
Specifieke morele regels voor een beroepsgroep. Feitelijk, dus descriptief
Argumenten pro en contra
Voor en tegen arguementen bedenken van een handeling en een standpunt innemen
Prescriptieve ethiek/normatieve ethiek
Voorschrijvende ethiek: hoe zouden mensen zich moeten gedragen, voorschrijvende ethiek
argumentatieve discussie
alle gespreksdeelnemers willen open en gelijkswaardig overleggen, over het op de beste manier omgaan met een ethisch probleem.
waarden
begrippen die mensen waardevol vinden en waarnaar zij streven: idealen
deugdenethiek
beoordeelt karakter en motieven van de handelende persoon. Streeft naar handelen vanuit goede eigenschappen. Gaat niet om algemene rechten, maar over eigenschappen van concrete personen.
Descriptieve ethiek
beschrijvende ethiek: beschrijft de moraal in een gemeenschap. Gaat over feiten; hoe gedragen mensen zich in morele kwesties? Welke argumenten horen daarbij?
Primacy
de eerste indruk die mensen hebben van iets of iemand weegt zwaarder dan de volgende indrukken
wilsvrijheid
de menselijke wil wordt niet uitsluitend bepaald door invloeden zoals erfelijkheid en opvoeding en omgeving, een mens met wilsvrijheid bepaalt zijn eigen wil
cultureel relativisme
de normen en waarden van de ene cultuur zijn niet beter dan die van een andere. Elke cultuur kent zijn eigen normen en waarden
Participatiestaat
de verantwoordelijkheid ligt bij de gemeente, de WMO is gericht op de participatie van de mens zelf, zoveel mogelijk zelfstandig. De burger is niet meer passief en afwachtend.
maatschappelijke vrijheid
de vrijheid van een individu binnen een samenleving
latent strategisch handelen van Habermass
een combi van strategisch en communicatief handelen, communicatie wordt ingezet om een eigen doel te bereiken, niet gericht op overeenstemming
deugd
een eigenschap van iemand die er toe leidt dat hij moreel juist handelt
schaamte
een gevoel dat optreedt in sociale situaties
Consequentialisme
een latere variant van het utilisme; bedoelde gevolgen uitbreiden tot alle voorzienbare consequenties.
machtsongelijkheid
een social worker verantwoord zijn keuzes, luistert naar kritiek en staat open voor alternatieven en voorkomt daarmee machtsongelijkheid
methodische vraag
een vraag hoe iets aangepakt moet worden, met welke methode (is dus geen dilemma)
universalisme
fundamentele morele principes zijn universeel en toepasbaar op vergelijkbare mensen in vergelijkbare situaties, ongeacht waar ze leven
Morele opvattingen/vragen
gaan over goed en kwaad, opvattingen over hoe men zich verantwoordelijk moet gedragen
economische-culturele gelijkheid
gedeeltelijk zijn verschillen aangebore, gedeeltelijk ontstaan ze door de samenleving
Strategisch handelen van Habermass
gericht op gedragseffecten bij anderen, men is niet gericht op overeenstemming
Positieve vrijheid
gericht op het bereiken van bepaalde doelen. Het vrij zijn tot. De vrijheid hebben je leven in te richten zoals jij dat wilt. Vrij zijn tot het maken van bepaalde keuzes. Je doelen nastreven.
open mindedness
gespreksdeelnemers hebben een eigen visie, maar gaan actief op zoek naar tegenargumenten. Deze worden kritisch beoordeeld en op basis van een eerlijke afweging komt men tot een conclusie
Communicatief handelen van Habermass
gesprekspartners zijn symetrisch en streven naar consensus op basis van argumenten
handelingsutilisme
gevolgen van een handeling bekijken, en deze afwegen tegen elkaar. Dan kijken of de handeling bijdraagt aan het realiseren van de waarden die je nastreeft.
onder normatieve ethiek vallen
gevolgenethiek, plichtethiek, deugdenethiek
normen
handelingsvoorschriften, ze laten zien hoe je moet handelen
Bentham en Mill
hebben het utilisme verder uitgewerkt; de bedoelde gevolgen van een handeling beoordelen. Mill: onderscheid tussen hogere en lagere vormen van genot. Spiritueel genot gaat voor lichamelijk genot
communicatief handelen met strategische middelen van Habermass
het doel is overeenstemming maar het lijkt of iemand strategisch handelt.
Filosoof Habermass
hoe communiceren mensen met elkaar? Hoe zit het met machtsverschil. Habermass pleit voor een machtsvrije discussie en zoekt naar een oplossing in de verschillen.
Transparantie bieden door
info over mogelijkheden van een instelling, recht op inzage dossier
Voorbeelden van ondeugden
jaloezie, trots, toorn, luiheid, hebzucht, gulzigheid, wellust
kritiek op het utilisme
je kijkt naar de voor- en nadelen voor alle betrokkenen. Sommige mensen denken vanuit eigen belang, dat strookt niet met elkaar
Argumentatie bij plichtethiek
keuzes beargumenteren vanuit een norm
Argumentatie bij deugdenethiek
keuzes beoordelen op de bedoeling van de handelende persoon
Grenzen aan autonomie door
leeftijd, verstandelijke of psychische beperking, een ander wordt benadeeld
kritiekpunten cultureel relativisme
leidt tot morele verlamming, heeft geen basis. Hervorming is niet mogelijk, omdat dit tegen cultuur in gaat
Kohlberg
mannelijke ethiek: moraal is een zaak van universele rechten en rechtvaardigheid
natuurlijke gelijkheid
mensen zijn van nature gelijk
rechtsgelijkheid
mensen zijn voor de wet gelijk of zouden gelijk behandeld moeten worden. basis van een rechtsstaat.
morele kwesties op micro/meso/macroniveau
micro: van mens tot mens, meso: in een organisatie, macro: samenleving
Argumentatie bij gevolgenethiek
morele keuzes beargumenteren met een beroep op gevolgen van handelen
subjectivisme
morele principes zijn individueel, morele handeling is juist als de persoon hem goed keurt
internaliseren
normen en waarden eigen maken, er is dan sprake van een geweten
zorg
omvat alles wat wij doen om onze wereld te handhaven, te continueren en te herstellen.
fatsoensnormen
ongeschreven regels: bijvoorbeeld niet smsen tijdens een hoorcollege
maatschappelijke ontwikkelingen in de zorg die van belang zijn voor beroepsuitoefening
participatiestaat, individualisering, vermaatschappelijking in de zorg, veiligheidsstaat, innovatie (evidence based)
ethiek van Kant
plichtethiek: welke voorwaarden maken een moreel levven mogelijk? De autonomie van mensen is het hoogste doel, de mens bepaalt zelf zijn wetten. Volgens hem is utilisme dat een andere de wet bepaalt. Drie principes: -een handeling heeft pas morele waarde als deze wordt gemotiveerd door een morele plicht -morele waarde van een handeling wordt bepaald door de regel die eraan ten grondslag ligt -mensen zijn verplicht om een bepaalde handeling te verrichten als de morele wet ze daartoe verplicht
regelutilisme
regels bedenken die nuttig zijn om een goede situatie te bereiken, de regel of norm staat centraal
Negatieve vrijheid
situatie waarin iemand niet door anderen gehinderd wordt, in wat hij wil doen. Het vrij zijn van. Er is geen dwang aanwezig
juridische normen
sluiten aan op opvattingen die omschrijven wat een goede maatschappij is, veel mensen delen die morele regels
Zorgethiek
verder ontwikkeld door Tronto, Gaat uit van een gezamenlijk belang. Vier aspecten: -caring about: aandacht en betrokkenheid -caring for: zorg op zich nemen -care giving: zorg geven -care receiving: zorg ontvangen
Tolerantie
verdraagzaamheid jegens andersdenkenden
Gilligan
vrouwelijke ethiek: gebaseerd op verbondenheid tussen mensen en verantwoordelijkheid en zorg voor elkaar die daaruit voortvloeien. Rechtenethiek en zorgethiek vullen elkaar aan.
de psychoanalyse van Freud
waarden en normen krijg je mee vanuit je opvoeding, door het eigen maken, ontwikkel je een geweten. (uber-ich/super ego, Es/id, Ich/Ego,